Home Wetenschap Onderzoeksgebieden Infectieziektes Tuberculose

Tuberculose

Tuberculose is en blijft één van de ernstigste infectieziekten ter wereld. Naar schatting sterft iedere twintig seconden iemand aan de gevolgen van besmetting met ‘Mycobacterium tuberculosis’. Bovendien is ongeveer een kwart van de wereldbevolking ongemerkt geïnfecteerd, zodat een nieuwe uitbraak altijd op de loer ligt. De ontwikkeling van nieuwe therapieën is een dringende noodzaak.

Tegen de gevolgen van infectie op jonge leeftijd is al tientallen jaren een effectief vaccin op de markt: BCG (Bacille Calmette-Guérin). Dit vaccin blijkt echter onvoldoende werkzaam tegen de levensbedreigende ‘tuberculoïde’ longontsteking op latere leeftijd. Bovendien kan dit vaccin bij mensen met een verstoorde afweer ernstige bijwerkingen veroorzaken. Daarnaast steken steeds vaker antibioticum-resistente stammen de kop op. Hierdoor is de ziekte steeds lastiger te behandelen.

tb

Waarom betere geneesmiddelen nodig zijn
Weliswaar zijn naast het BCG vaccin ook antibiotica beschikbaar, maar bij besmetting met Mycobacterium tuberculosis duurt een dergelijke behandeling vele maanden (i.p.v. slechts enkele dagen). Om tuberculose optimaal te bestrijden, is daarom een beter vaccin (of vaccinatieschema) hard nodig, zowel met het oog op preventie als genezing (therapie).

De noodzaak van betere geneesmiddelen is duidelijk. Toch blijkt een vlotte ontwikkeling van effectieve therapieën lastig. In de weg staan 1) een gebrekkig inzicht in beschermende mechanismen tegen TB van de mens als gastheer, en 2) de diverse afweer-ontwijkende strategieën van de ziekteverwekker, Mycobacterium tuberculosis. Veel van deze vragen kunnen beantwoord worden in een proefdiermodel.

Voorspellende waarde en ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen
In het onderzoek naar betere preventie en behandeling kunnen makaken een belangrijke rol vervullen. Deze apen lijken veel op de mens. Denk aan gelijkenis van het immuunsysteem, maar vooral ook aan de vatbaarheid voor tuberculose en de manier waarop de ziekte zich, net als in de mens, in makaken manifesteert. Net als bij de mens lijkt ook de beschermende werking van het BCG vaccin in apen variabel. De voorspellende waarde van de makaak voor de mens is in dit geval beter dan ieder ander diermodel.

Zowel in de mens als in apen onderdrukt BCG weliswaar de ziekte, maar beschermt niet tegen infectie met Mycobacterium tuberculosis. Er is dan ook ruimte voor de ontwikkeling van een beter vaccin dan wel een andere therapie. De aap biedt perspectief om de werking hiervan te evalueren in een ‘op-de-mens-gelijkend’ model.

Meer inzicht
Na uitgebreid vooronderzoek testen we nieuwe vaccinkandidaten in apenmodellen op veiligheid (het wel of niet optreden van bijwerkingen), immunogeniteit en beschermende werking. Dit onderzoek biedt de kans om onder gecontroleerde omstandigheden complexe interacties tussen ziekteverwekker (pathogeen) en gastheer te ontrafelen. Op basis van resultaten en meer inzicht in deze infectieziekte, proberen we bij te dragen aan het ontwerp van verbeterde therapieën.

Waarom apen nodig zijn voor onderzoek
Voor een deel van al het TB onderzoek zijn apen de best bruikbare modeldieren. In Nederland bepaalt de wet dat apen alleen als proefdier mogen dienen wanneer er geen alternatief voorhanden is.