Wetenschappers uit Parijs hebben met materialen, ontwikkeld en geleverd door BPRC, onderzoek gedaan naar de werking van een potentieel nieuw antimalariamiddel (het reeds geregistreerde antibioticum Azithromycine). Dit middel werd onder andere getest op gekweekte leverstadiumparasieten. In deze kweken worden twee variaties van de parasiet gezien, een slapende vorm en een groeiende vorm. Het antibioticum tastte beide stadia op verschillende manieren aan.
Slapende leverstadiumparasieten komen alleen voor in enkele mensen- of apen malariaparasietsoorten. Deze parasietvormen zijn heel lastig te behandelen. In de zoektocht naar nieuwe middelen tegen dit fenomeen wordt vaak gebruik gemaakt van de apenmalariaparasiet Plasmodium cynomolgi als model voor de mensenparasiet Plasmodium vivax. De Franse wetenschappers hebben beide parasietsoorten naast elkaar op dezelfde manier getest.
Het effect van Azithromycine
Azithromycinebehandeling verminderde het aantal leverstadiumparasieten niet qua absolute aantallen, maar de parasieten zagen er vreemd uit. Verder onderzoek wees uit dat de apicoplast (een parasietspecifiek orgaantje op microniveau) werd aangetast door dit middel. Hierdoor konden de parasieten zich niet goed ontwikkelen. Zowel de groeiende als de slapende parasieten waren aangedaan: de groeiende parasieten stopten met groeien en de slapende parasieten konden niet meer tot groei worden aangezet in het kweekschaaltje.
De observaties tussen de apenparasiet en de mensenparasiet waren nagenoeg hetzelfde, wat bevestigt dat de apenparasiet een relevant model is voor de mensenparasiet. Vervolgonderzoek moet uitwijzen of dit middel uiteindelijk niet alleen in een kweekschaaltje maar ook in de mens zelf kan worden toegepast. Meer lezen over dit onderzoek? Het gepubliceerde artikel is te lezen in het ‘International Journal of Antimicrobial Agents’.