Vandaag is het Wereld Parkinsondag. Een dag om stil te staan bij de ontwikkelingen in de behandeling voor de Parkinsonpatiënten. Parkinson is een ziekte die al sinds mensenheugenis bestaat. Zelfs 1000 jaar voor Christus is deze ziekte beschreven. De ziekte veroorzaakt een verstoring in de motorische aansturing van bewegingen. Met name ouderen zijn gevoelig voor het ontwikkelen van deze aandoening, maar we weten nog steeds niet wat de oorzaak is.
Hierdoor is het moeilijk om een behandeling te ontwikkelen. De huidige behandeling met Levodopa (L-dopa) bestaat in feite al min of meer sinds 500 jaar voor Christus. Toen was er namelijk al een medicijn dat hier erg op lijkt. De boon mucuna pruriës oftewel de fluweelboon bevat van nature een hoog gehalte aan L-dopa. Er is dus in de tussenliggende 2500 jaar eigenlijk niet veel gebeurd. De behandeling met L-dopa werkt helaas maar ten dele en naarmate de tijd vordert neemt het effect ervan af. Dit kan worden verholpen door de dosering aan te passen, maar dit geeft vaak veel bijwerkingen. Kortom, een betere behandeling is nodig. Gelukkig heeft het wel onze volledige aandacht en maakt de huidige wetenschap grote stappen in het vinden van een afdoende behandeling.
De ziekte komt te paard en gaat te voet
In de 19-de eeuw ging je naar de dokter met de trein of op een paard. Parkinsonpatiënten voelden zich beter na een ritje op een paard. Daarom werd in 1892 door de Franse arts Charcot een elektrisch aangedreven vibrerende stoel gemaakt voor de behandeling van Parkinson symptomen. Zijn student Gilles de la Tourette maakte een vernieuwde versie van een vibrerende helm welke handzamer was en omdat hij dacht dat alleen het hoofd moest trillen. Maar beide ontwerpen bleken niet effectief te zijn, omdat men toen nog niet wist dat het om het juiste ritme gaat. Hierdoor is het idee in de vergetelheid geraakt.
Alles bestaat uit ritme
130 jaar later is het idee van ritme opnieuw opgepakt. Wij gaan niet meer te paard naar de dokter. Paardrijden hoeft ook niet meer want we kunnen zelf ons ritme in de hersenen aansturen via feedback trainingen. Hierdoor kunnen we onze hersenensignalen in een bepaald ritme laten vuren. Het kan ook door ritme aan te bieden, zoals in de tijd van Charcot door het draven van het paard. Dat kan ook door het prikkelen van de vingers of zelfs door het luisteren naar muziek. Het ritme van de aangeboden prikkels zorgen dat de hersencellen in een overeenkomend ritme gaan vuren. Als je dat vaak genoeg doet dan neemt het brein dat ritme over. Deze verandering van ritme in het brein zorgt dat het, door ziekte, verstoorde ritme wordt tegengewerkt. Het zorgt er ook voor dat andere hersendelen mee gaan doen. Het juiste ritme helpt zenuwcellen in de hersenen betere verbindingen te maken waardoor de motorische aansturing verbetert.
Baas over eigen brein
In een onderdeel van je hersenen (de sensorimotor hersenschors) wordt de motoriek aangestuurd. We hebben ontdekt dat een bepaald ritme in deze hersenschors ervoor zorgt dat je hersenen een ander alternatief gebied kunnen activeren naast het door de ziekte van Parkinson beschadigde gebied. Dit ritme kan worden gemeten in de hersenen. Door neurofeedback techniek kan je een terugkoppeling via een computer krijgen over hoe je hersenen vuren. De neurofeedback techniek maakt hiervan gebruik door een positief signaal terug te sturen zodra je hersenen in het juiste ritme vuren. Je leert je eigen hersenen om in het juiste ritme te vuren. Dit getrainde ritme activeert de alternatieve route in de hersenen en zorgt ervoor dat je toch gewoon je bewegingen kan uitvoeren.
Bij BPRC onderzoeken we hoe we dit soort nieuwe therapieën voor Parkinson kunnen optimaliseren. Onlangs publiceerden we hier een artikel over.