Onderzoek naar de meest wijdverspreide en moeilijkst te behandelen vorm van malaria, het ‘vivax-type’, is met de ‘mensenparasiet’ zelf maar zeer beperkt mogelijk. Een nauw verwante apenmalariaparasiet heeft hierin uitkomst geboden, maar dit systeem is afhankelijk van het gebruik van apen. Daar komt nu hopelijk verandering in.
Dankzij een wereldwijd samenwerkingsverband, met ook BPRC-onderzoekers, is het gelukt een goed kweeksysteem voor de bloedparasiet van de apenmalaria te ontwikkelen.
We weten steeds meer
De bloedmalariaparasiet reist via de mug naar een andere gastheer. Hierin ontwikkelt hij zich eerst in de lever, voordat de parasiet zich weer naar het bloed verplaatst en daar ziekte veroorzaakt. Eerder ontwikkelden we al een kweeksysteem voor de levervorm van de apenmalariaparasiet. Dat onderzoek heeft ertoe geleid dat we in de loop der tijd toch meer te weten zijn gekomen over dit type malaria. Bij gebrek aan een kweeksysteem voor de bloedparasiet was dit onderzoek nog wel afhankelijk van apen, zodat onderzoekers een vorm hadden (via een reis in de mug) om levercellen te kunnen infecteren. En daar komt nu mogelijk verandering in.
Onderzoek minder afhankelijk van apen
Er is nu namelijk ook een goed kweeksysteem ontwikkeld voor de bloedparasiet van de apenmalaria. Dankzij dit systeem is het onderzoek naar deze vorm van de parasiet minder afhankelijk van apen. Wanneer onderzoekers de hele levenscyclus van deze parasiet in een kweeksysteem zouden kunnen nabootsen, maakt dat het onderzoek veel makkelijker. Bovendien kunnen we hiermee dan het werken met apen drastisch verminderen. Wat dan nog wel moet blijken, is of onderzoekers dit kweeksysteem ook kunnen gebruiken om de malariaparasiet via de mug over te brengen naar levercellen; de plek waar de parasiet zich nestelt voordat die in het bloed komt.
Dit werk is gepubliceerd in het vooraanstaande blad Nature Communications.